Onderzoeksrapporten

Binnen het programma BOI (beoordeling en ontwerpinstrumentarium) is een nieuw instrumentarium ontwikkeld voor zandige waterkeringen voor de Nederlandse kust, op basis van het proces-gebaseerde, numerieke model XBeach. Dit model kan worden gebruikt om de veiligheidsbeoordeling van de daarvoor geschikte delen van de zandige kust van Nederland mee uit te voeren. Het ‘Plan van Aanpak Vernieuwd Instrumentarium Zandige Keringen’ (Deltares en Arcadis, 2019) beschrijft de inmiddels afgeronde ontwikkeling van dit nieuwe instrumentarium. Rijkswaterstaat WVL heeft, in opdracht van DGWB, STOWA en de kust- en duinwaterkeringsbeheerders, de taak gekregen om de eerste fase (Ambitieniveau 1) van dit ontwikkelingsproject te leiden. Ambitieniveau 1 van Zandige Waterkeringen liep van 2020 tot 2022.

De rapportage die hier te vinden is, is een onderdeel van de rapportages als oplevering gedurende ambitieniveau 1 van BOI - Zandige Waterkeringen.

Dit project bouwt voort op de resultaten van het voorgaande kwalitatieve onderzoek (Herbruikbare verpakkingen voor afhaalmaaltijden en –dranken, van 21 december 2022).

Dit rapport beschrijft het onderzoek naar de hergebruikpotentie van betonnen prefab liggers die vrijkomen in de periode 2022 - 2030. Doel van dit rapport is om inzicht te krijgen in de hergebruikpotentie: een schatting van het aantal betonnen prefab liggers dat vrijkomt en de potentiële milieuwinst die met hergebruik te halen valt. Daarnaast worden praktische en financiële aspecten van het hergebruik onderzocht. Tot slot wordt het handelingsperspectief bekeken door het hergebruikproces, eventuele barrières en oplossingsrichtingen en consequenties te beschouwen. Uiteindelijk worden op basis van het bovenstaande conclusies getrokken en aanbevelingen gedaan.

De afgelopen twee jaar is er in samenwerking met Rijkswaterstaat GPO en WVL gewerkt aan een tweetal pilots voor de verdere ontwikkeling van de Herbruikbaarheidsscan en de implementatie hiervan binnen IAK. 
Deze rapportage beschrijft de resultaten van de tweede pilot (spoor 1 en 2) per fase in de vorm van een managementsamenvatting. Daarnaast wordt antwoord gegeven op de vragen die centraal stonden als onderdeel van fase 3.

Het luchtvaartprognosemodel AEOLUS wordt gebruikt om per scenario (hoge/lage economische groei, met/zonder capaciteitsrestricties) prognoses voor de lange termijn op te stellen voor het aantal vliegtuigbewegingen, het aantal passagiers en de hoeveelheid vracht voor Nederlandse luchthavens.

In deze studie zijn  twee methoden voor kleinschalige verwerking van organisch afval verder onderzocht. Dit betreft enerzijds het toelichten van de technische proceskenmerken, en anderzijds een spiegeling aan de huidige beleidskaders.

In oktober 2022 is de ombouw naar de proefsituatie met rechterafstreping op de A12 bij knooppunt Waterberg uitgevoerd. Dit rapport beschrijft de korte termijn effecten van de proefsituatie bij knooppunt Waterberg en er wordt een vergelijking gedaan met de voorsituatie met taperinvoeging.

Beschrijft de methodiek om te komen tot een vereffende verdeling van afvoer over de splitsingspunten van de Rijn

Van 2014 tot 2022 is door RWS een proef uitgevoerd met het suppleren van sediment in de Boven-Rijn, om te leren of en hoe de rivierbodem en rivierwaterstand middels suppletie verantwoord op een niveau gehouden kan worden die de bevaarbaarheid van de vaarweg in het grensgebied in stand houdt. Daarbij is uitgebreide monitoring uitgevoerd. Deze eindevaluatie van de suppleties in de Boven-Rijn moet inzichtelijk maken welk effect met suppletie kan worden bereikt, welke neveneffecten daarbij ontwikkelen en wat van de proef geleerd kan worden voor nieuwe suppleties in de Boven-Rijn of in andere trajecten.

Vergaand geautomatiseerd varen (smart shipping) kan de scheepvaart veiliger, duurzamer en concurrerender maken. Varende drones zijn daar een voorbeeld van. Rijkswaterstaat heeft aan C-Job Naval Architects gevraagd om te komen tot een voorstel voor een technisch kader van eisen die gesteld zou moeten worden aan varende drones.