Eindevaluatie suppleties Boven-Rijn : Hoofdrapport
Van 2014 tot 2022 is door RWS een proef uitgevoerd met het suppleren van sediment in de Boven-Rijn, om te leren of en hoe de rivierbodem en rivierwaterstand middels suppletie verantwoord op een niveau gehouden kan worden die de bevaarbaarheid van de vaarweg in het grensgebied in stand houdt. Daarbij is uitgebreide monitoring uitgevoerd. Deze eindevaluatie van de suppleties in de Boven-Rijn moet inzichtelijk maken welk effect met suppletie kan worden bereikt, welke neveneffecten daarbij ontwikkelen en wat van de proef geleerd kan worden voor nieuwe suppleties in de Boven-Rijn of in andere trajecten. Specifiek moeten daarbij de volgende vragen worden beantwoord:
- hoe en met welke afwegingen de suppleties in 2016 en 2019 zijn ontworpen en gemonitord;
- hoe en met welke afwegingen beide suppleties zijn uitgevoerd en wat daarvan geleerd kan worden;
- welke effecten door de suppleties zijn ontwikkeld en wat nog kan worden verwacht;
- wat de impact van c) is voor de rivierfuncties;
- wat hiervan geleerd kan worden voor ontwerp, uitvoering en monitoring van nieuwe suppleties, ook in andere trajecten van de Rijntakken.
De evaluatie is gerapporteerd in drie rapporten. Het “Deelrapport 1: Data en effecten” (Becker et al., 2023a) beschrijft allereerst de afwegingen voor het ontwerp en monitoring van de suppleties en reeds uitgevoerde analyses over de effecten en het gedrag van de suppleties (vraag a). Vervolgens wordt gekeken naar de invloed van de suppleties op de bodemligging, bodemsamenstelling en waterstanden op de Boven-Rijn (vraag c). Tot zover mogelijk zijn de conclusies gebaseerd op beschikbare gegevens. Waar nodig werd de analyse ondersteund door resultaten van numerieke modelberekeningen. De berekeningen zijn tevens gebruikt om een voorspelling van de invloed van de suppleties in de toekomst te maken (vraag c). In “Deelrapport 2: Invloed op rivierfuncties” (Becker et al, 2023b) wordt de invloed van de suppleties op de rivierfuncties hoogwaterveiligheid, vaargeulonderhoud en MGDs, gebruik van de vaarweg en stabiliteit van (krib)constructies en kabels en leidingen onderzocht (vraag d).
Voorliggend rapport is het hoofdrapport met de afwegingen voor het ontwerp en monitoring van de suppleties (vraag a)), de afwegingen en leerpunten over de uitvoering (vraag b), een samenvattende beschrijving van de dynamiek van de suppleties (vragen c) en d)) en de “lessons learned” voor toekomstige suppleties (vraag e).