Monitoring bouwgrondstoffen, hoe verder na 2004?

Als gevolg van de beleidswijziging zal de markt(werking) nog sterker bepalend worden voor onder meer de voorraadvorming en het verbruik van de bouwgrondstoffen. Dit maakt dat voor verschillende partijen een verandering zal komen in de wens en/of noodzaak om bouwgrondstoffen te monitoren. Voor een verantwoorde afbouw zal het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (V&W) vooralsnog blijven monitoren. Daarnaast vindt monitoring plaats door de bouwgrondstoffensector (brancheverenigingen), de Provincies, Rijkswaterstaat (beide vergunningverlenende instanties voor de Ontgrondingenwet) en VROM.Aan DHV is gevraagd een project uit te voeren waarin scenario’s voor monitoringsplannen na 2004 worden opgesteld en een besluitvormingstraject voorbereid en ondersteund wordt

Datum rapport
1 april 2005
Auteurs
Jutte, J.B., Kuiper, C., Weber, M.
Auteur
J.B. Jutte, M. Weber, C. Kuiper ; DHV ; ; Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Dienst Weg- en Waterbouwkunde (RWS, DWW)
Uitgever
RWS, DWW.
Annotatie
57 p.
ill.
Rapportnr. DWW-2005-065
(Publicatiereeks bouwgrondstoffen ; 2006/06)
ISBN 9036956005
Documentnummer
369094