Het landbouwverkeer in Zuidelijk Flevoland
Algemene uitgangspunten: Scheiding verkeerssoorten (langzaam- en snelverkeer) in Zuidelijk Flevoland. Dit om veiligheidsredenen. Een combinatie van landbouwverkeer (zaaimachines, oogstmachines, trekkers, zaadwagens e.d.) met recreatief verkeer wordt wel toelaatbaar geacht. Landbouwverkeer niet door de woonkernen maar buitenom de kernen. Het landbouwverkeer zal langs een zo kort mogelijke route zijn weg moeten vinden tussen het werkterrein en een viertal concentratiepunten: het complex van de Werktuigkundige Dienst te Lelystad, de graansilo op kavel D 33, de graan silo op kavel QZ 6, de graansilo op kavel BZ 47 en het industrieterrein op QZ 15. Geen snelverkeer meer op de polderdijken. Ongelijkvloerse kruisingen om de scheiding tussen landbouwverkeer en doorgaand snelverkeer ook op kruispunten door te voeren.
- Datum rapport
- 1 januari 1974
- Auteur
- [Ministerie van Verkeer en Waterstaat], Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (RIJP); door F.L. ter Kuile, B.S. van der Weide
- Uitgever
- Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (RWS, RIJP).
- Annotatie
-
4 p. krt. commentaar op de notitie / H.A. Bruning (Werkdocument / RIJP ; 1974-302 Bpf/Bf)
- Documentnummer
- 99427