Buitenschoolse kinderopvang in Almere-Stad : een inventarisatie van de behoefte
In opdracht van de gemeente Almere is in maart 1985 geënquêteerd onder ouders met kinderen op basisscholen, kinderdagverblijven en peuterspeelzalen in Almere-Stad, met als doel kwantificering van de behoefte aan buitenschoolse kinderopvang ter realisatie van een opvangaccomodatie. Ca. 1400 ouders met 2500 kinderen op de basisscholen en ouders van ca. 400 kinderen op kinderdagverblijven en peuterspeelzalen zijn geënquêteerd. Respons scholen: 19 gezinnen (31 kinderen). Met een groepsgrootte van ca. 15 kinderen kan een opvangaccommodatie worden gerealiseerd. Van de kinderdagverblijven komen ca. 5 kinderen (binnen 1 a 2 jaar) naar de opvang. Voorwaarde is dat de opvang geïntegreerd wordt in een buurthuis. Middels de schoolherkomst van de opgegeven kinderen blijkt het buurthuis Stedepunt centraal te liggen. Voorts mag geen georganiseerd autovervoer plaatsvinden, met als gevolg dat de kinderen uit Waterwijk van school dienen te veranderen of ouder(s) zorgen zelf voor vervoer. De bso in Almere is vergeleken met Amsterdam, conclusie; behoefte aan deze vorm van opvang zal in de toekomst stijgen.
- Datum rapport
- 1 januari 1985
- Auteur
- door J.A.P. van Groenestein; Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders
- Uitgever
- Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (RWS, RIJP).
- Annotatie
-
35 p.
bijl., fig., tab.
Met lit. opg.
(RIJP-rapport ; 1985-33 Bco) - Documentnummer
- 202429