Verkenningen secundaire grondstoffen 1996-2015

Een studie is verricht naar de ontwikkeling van aanbod en afzet van secundaire grondstoffen in de periode 1996-2015. Drie scenario's zijn uitgewerkt: 1) gunstig (veel besparing oppervlaktedelfstoffen); 2) neutraal; 3) ongunstig (weinig besparing oppervlaktedelfstoffen). Het aanbod is ingeschat op basis van gegevens van producenten. Vervolgens is bepaald welke toepassingen verwacht worden, waarbij is uitgegaan van het vigerende beleid en slechts beperkt rekening is gehouden met nieuwe technologische ontwikkelingen. Op basis van de verwachte toepassingen is bepaald welke primaire grondstoffen worden uitgespaard. Dit laatste cijfer zal worden gebruikt in het SOD II. Op de volgende grondstoffen wordt uitgebreider ingegaan: asfaltgranulaat; AVI-bodemas (AVI = afvalverbrandingsinstallatie); fosfogips; fosforslakken; gereinigde en licht verontreinigde grond; grond uit boortunnels; grondtarra; hoogovenslakken; mijnsteen; poederkoolvliegas; producten uit baggerspecie en uit bouw- en sloopafval; RO-gips (RO = rookgasontzwaveling); staalslakken.