Ontwikkeling kust Westhoofd Goeree : afslag duinvoet en ontwikkeling kustlijn
Door de Dienstkring Haringvliet van Rijkswaterstaat Directie Zuid-Holland is aan het Rijksinstituut voor Kust en Zee|RIKZ gevraagd om te onderzoeken wat de huidige morfologische ontwikkelingen van de kustlijn nabij het Westhoofd op Goeree zijn. Meer specifiek is het gebied tussen strandpaal 14.75 en'16.50 gedefinieerd als het studiegebied. De Kustlijnkaarten (DCW,1992-1993 en RlKZ,1994-'1998) hebben jaren een landwaartse trend in de kustlijnligging van het Westhoofd laten zien. Hierbij werd in de jaren 1994tot1997 de Basiskustlijn (BKL) overschreden in de raaien 1500 tot en met 1525.ln 1998 lag de kustlijn weer zeewaarts van de Basiskustlijn en is alleen gesuppleerd oostelijk van het Flaauwe werk omdat hier de Basiskustlijn in een groter gebied nog steeds werd overschreden. Ondanks het feit dat de kustlijn bij het Westhoofd momenteel weer aan de BKL norm voldoet vindt er lokaal (ter plaatse van het studiegebied) duinafslag plaats. Vraagstelling In een overleg tussen de Dienstkring Haringvliet, het waterschap Goeree en het Rijksinstituut voor Kust en Zee zijn de volgende 2 concrete vragen naar voren gekomen die in deze notitie beantwoord zullen worden. 1. Waarom wordt er niet gesuppleerd in het gebied terwijl de duinvoet hier sinds 1990 met 25 tot 57 meter achteruit is gegaan ? En dat terwijl het beleid sinds 1990 is dat de kustlijn in Nederland wordt gehandhaafd op de positie van 1990. 2. Voor de westkust van Goeree ligt een kortsluitgeul. Hoe gedraagt deze geul zich en levert deze geul een gevaar op voor de kust van het studiegebied ?