Een actuele sedimentbalans van de Westelijke Waddenzee (1933-2015)

De grote invloed van de Waddenzee op de sedimenthuishouding van de Nederlandse kust is een welbekend gegeven. De grootste onzekerheid in termen van morfologische ontwikkelingen en de daarmee gemoeide sedimentvolumes betreft de Westelijke Waddenzee. Het is daarom van groot belang dat we de ontwikkeling en de daarbij behorende sedimentbehoefte van dit gebied beter begrijpen. Afhankelijk van het toekomstige morfologische "evenwicht" van het systeem kan er juist nog heel veel of juist weinig sediment nodig zijn.

In dit document wordt een fundament gelegd voor een beter begrip van de sedimentbalans van de Westelijke Waddenzee door middel van een nieuwe analysemethode. Deze methode omvat een analyse van ontwikkelingstrends van sedimentatie en/of erosie in deelgebieden om zo een gedetailleerd beeld van de lange-termijn en recente morfologische ontwikkeling te verkrijgen.

Op basis van in deze rapportage gepresenteerde analyses kan worden geconcludeerd dat er in de periode 1933-2015 een sedimentverlies is opgetreden in de kustzone van de Westelijke Waddenzee van 8.6 miljoen m3/jaar (mcm/jaar). In de bekkens is er gedurende deze periode 4.0 mcm/jaar aan sedimentatie opgetreden. De volumeveranderingen van kust en bekken geven een aanzienlijk verschil in erosie versus aanzanding. Met behulp van een conceptueel sedimentbalansmodel zijn de sedimenttransportstromen tussen kust en bekken geschat. Met een aantal aannamen voor o.a. langs- en dwarstransport op de kust en sedimenttransport over het wantij is het mogelijk een vrijwel sluitende sedimentbalans te verkrijgen. Er kan worden geconcludeerd dat er in de periode 1933-2015 sedimentimport heeft plaatsgevonden in het Zeegat van Texel (4.4- 4.9 mcm/jaar) en in het Zeegat van het Vlie (1.2- 1.4 mem/jaar). Het Eierlandse Gat is exporterend met een waarde van 0.2 mcm/jaar.