De invloed van proefstukvervaardiging op het mechanisch gedrag van asfalt (de ruimtelijke benadering)
Een van de belangrijkste doelen van labonderzoek aan asfaltmengsels is om aan de hand van de resultaten het praktijkgedrag onder verkeers- en klimatologische belastingen te voorspellen. Het is dus belangrijk om de invloed van al deze factoren te weten zodat een zodanige proefstukvervaardigingsmethode wordt gekozen dat de mechanische eigenschappen van labvervaardigde proefstukken zo goed mogelijk overeen komen met de eigenschappen van praktijkasfalt. Zeker in het kader van het overgaan naar functionele specificaties is dit van groot belang. Het is algemeen bekend dat de mechanische eigenschappen van asfaltproefstukken kunnen worden beïnvloed door de methode van mengen en proefstukvervaardiging. Bij het mengen zijn van belang de mengvolgorde van bouwstoffen, de soort menger, de mengtijd en –temperatuur. Bij de proefstukbereiding is vooral de verlichtingsmethode van invloed, maar ook de wijze waarop de mal wordt gevuld met asfalt, segregatiegevoeligheid, proefstukafmetingen en randeffecten kunnen effect hebben op de mechanische eigenschappen. Bovendien is de tijdsduur tussen proefstukvervaardiging en beproeven van belang. In deze bijdrage worden de mogelijke verschillen tussen labvervaardigde en uit de weg geboorde of gezaagde proefstukken bediscussieerd. Voorbeelden worden gegeven van de invloed van mengen, verschillen in holle ruimte verdeling, oppervlakte- en randeffecten, dichtheidverdeling in de hoogte van het proefstuk en de invloed van de verdichtingsmethode op de mechanische eigenschappen. Relatief nieuwe technieken zoals beeldanalyse en röntgentechnieken zijn zeer waardevol om inzicht te krijgen in de structuur en dichtheids- en holle ruimte verdeling van proefstukken. Alleen onder bepaalde condities is het mogelijk om op het lab proefstukken te vervaardigen, waarvan de eigenschappen zo goed mogelijk overeenkomen met die van praktijkasfalt. Onderzoekers zouden meer aandacht moeten schenken aan proefstukvervaardiging om de verschillen met praktijkasfalt zoveel mogelijk te beperken.
- Datum rapport
- 1 januari 2004
- Auteurs
- Ven, M.F.C. van de, Voskuilen, J.L.M.
- Auteur
- J.L.M.Voskuilen ; Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Dienst Weg- en Waterbouwkunde (RWS, DWW), afdeling Realisatie en Onderhoud (IR); M.F.C. van de Ven ; TU Delft, faculteit Civiele Techniek en Geowetenschappen
- Uitgever
- RWS, DWW.
- Annotatie
-
15 blz. fig., graf., tab. Bijdrage voor de Wegbouwkundige Werkdagen 2004
- Documentnummer
- 335281