Stabiliteit van de Veluwerandmeren

In de eerste jaren van hun bestaan werden de Veluwerandmeren gekenmerkt door helder water en een uitbundige groei van kranswieren. Omstreeks 1970 zijn de meren door toenemende eutrofiëring troebel geworden en zijn de kranswieren verdwenen. Beheersmaatregelen hebben tot begin jaren negentig het doorzicht van het water slechts weinig doen toenemen, maar in de negentiger jaren nam de hlderheid van het water sterk toe. In deze studie wordt een antwoord gegeven op vier vragen: - waaraan is de omslag in het ecosysteem te danken? - hoe stabiel is het huidige ecosysteem? - hoe ontwikkelt het ecosysteem zich in de toekomst? - bij welke condities valt het ecosysteem terug in een eutrofe toestand?

Datum rapport
1 januari 1999
Auteurs
Berg, M. van den, Coops, H., Ibelings, B., Joosse, W., Lammens, E., Meijer, M.L., Molen, D. van der, Noordhuis, R., Portielje, R.
Auteur
Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Rijkinstituut voor Integraal Zoetwaterbeheer en Afvalwaterbehandeling (RWS, RIZA); M.L. Meijer, R. Portielje, R. Noordhuis, W. Joosse, M. van den Berg, B. Ibelings, E. Lammens, H. Coops, D. van d...
Uitgever
Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Rijksinstituut voor Integraal Zoetwaterbeheer en Afvalwaterbehandeling (RWS, RIZA).
Annotatie
132 p.
fig., tab.
(RIZA rapport ; 99.054)
(BOVAR rapport ; 99.06)
Onderzoek in opdracht van Rijkswaterstaat, Directie IJsselmeergebied (RWS, RDIJ)
Projectleider RWS, RDIJ: E. Rijsdijk
Projectleider RWS, RIZA: M.-L. Meijer
Met samenvatting
Met lit. opg.
ISBN 9036952832
Documentnummer
160519