Evaluatie screening RWS (2010) : vervolg op evaluatie screening RWS (2005-2009)

Pagina 9 van 51 Samenvatting Naast het reguliere meetnet bemonstert Rijkswaterstaat het oppervlaktewater op 33 locaties in Nederland met een frequentie variërend van 2 tot 13 keer per jaar. De toegepaste opwerking en analyse technieken op monsters van (een selectie van) deze locaties zijn: een kwalitatieve brede screening met GC-MS, een semikwantitatieve doelstofanalyse met GC-MS voor matig polaire stoffen (o.a. bestrijdingsmiddelen) en een semikwantitatieve doelstofanalyse met LC-MS voor geneesmiddelen. De toegepaste brede GC-MS screening is verkennend, hiermee wordt gezocht naar nieuwe stoffen die in aanmerking komen voor meer gedetailleerd onderzoek. De doelstofanalyses met GC-MS en LC-MS zijn bedoeld om aanwezigheid en concentraties van verschillende stoffen in het oppervlaktewater te bepalen. Deze gegevens worden gebruikt om bestaande reguliere meetprogramma’s te evalueren, op te zetten en aan te passen. Deze rapportage beschrijft de resultaten van dit meetprogramma in 2010, en geeft een advies over het optimaliseren van de meetstrategie voor de Nederlandse oppervlaktewateren. Uit de brede GC-MS screening zijn phytol, triethyl phosphate, drie benzenesulfonamides, isoforon, cyclopenta(def)fenantrenon, BAM en 9,10- anthracenedione op basis van hun prioriteit, of op basis van waarnemingsfrequentie kandidaat gesteld voor verdere monitoring. Op basis van voorkomen en aangetroffen concentraties zijn de volgende 10 stoffen uit de matig polaire stoffen methode geselecteerd die in aanmerking komen voor opname in meetnetten: DEET, galaxolide, carbamazepine, TPPO, 4-oxoisoforon, dichlobenil, 1H-benzotriazole, terbutryn, irgarol en tonalide. Op basis van voorkomen, concentraties en classificatie door de Voogt et. al (De Voogt et al., 2009) zijn de volgende 10 geneesmiddelen geselecteerd voor opname in uitgebreidere meetnetten: (anhydro) erytromycine e, carbamazepine, sotalol, metoprolol, diclofenac, sulfamethoxazole, atenolol, bezafibraat, gemfibrozil en claritromycine. De aangetroffen concentraties van stoffen zijn vergeleken met literatuurgegevens, en zijn over het algemeen in goede overeenkomst met elkaar. Een definitief optimaal meetprogramma bestaat niet. Het meetprogramma zal met behulp van nieuwe kennis over gebruik van stoffen, gedrag en voorkomen van stoffen in het milieu en ontwikkelingen in de analytische chemie periodiek moeten worden geëvalueerd en geoptimaliseerd. Het zal bestaan uit zowel doelstofanalyse, waarmee een groot aantal stoffen specifiek kan worden bepaald, en kwalitatieve brede screeningsmethoden. Met de huidige GC-MS brede screening worden vooral matig polaire stoffen die aanwezig zijn in oppervlaktewateren opgepikt. Met het inzetten van een LC-MS brede screening zou de aanwezigheid van meer polaire stoffen in oppervlaktewateren kunnen worden onderzocht. Uit literatuurgegevens is bekend dat polaire stoffen, zoals metformine, kunstmatige zoetstoffen, metabolieten van geneesmiddelen worden aangetroffen in oppervlaktewateren, dus het is aan te bevelen actiever te screenen voor deze polaire verbindingen.

Datum rapport
1 november 2011
Auteurs
Kolkman, A., Laak, T. ter
Auteur
T. ter Laak, A. Kolkman ; KWR Watercycle Research Institute
Uitgever
Ministerie van Infrastructuur en Milieu, Rijkswaterstaat, Waterdienst (RWS, WD).
Annotatie
p. 51
Definitief
Versienummer A308932 (projectnummer KWR)
Documentnummer
427359