KRW toetsing Rijkswateren 2006-2007 : macrofauna, fytobenthos en fytoplankton
In 2008 moet voor alle (Rijks)wateren de formele KRW toetsing en beoordeling van de waterkwaliteit plaatsvinden. De gegevens uit de KRW monitoring moeten hierbij worden getoetst en beoordeeld om de vraag te kunnen beantwoorden hoe ver een waterlichaam nog van de ecologische doelstelling afstaat. Deze doelstellingen worden op dit moment afgeleid in de vorm van MEP's en GEP's (Maximaal Ecologisch Potentieel en Goed Ecologisch Potentieel). Om de afstand van de huidige toestand tot de doelstellingen in beeld te brengen, voert Rijkswaterstaat een zogenaamde proeftoetsing uit met behulp van biologische meetgegevens uit de periode 2003-2006. Omdat de MEP's en GEP's nog niet gereed zijn is het inschatten van de afstand tot de doelstelling nog niet mogelijk. Zonder MEP's en GEP's kan de ecologische huidige toestand wel worden beschreven als afstand tot de natuurlijke referentie (dit is in feite ook de primaire beoordeling). De toetsing vindt dan plaats op de maatlatten voor natuurlijke wateren en de maatlatten voor sloten en kanalen. Hoofdstuk 2 geeft per kwaliteitselement de beschikbare gegevens weer. Daarnaast zijn de criteria besproken voor het al dan niet nemen van monsters in de toetsing. Hoofdstuk 3 bevat de resultaten van de toetsing per kwaliteitselement. Ten slotte volgen in hoofdstuk 4 de conclusies en aanbevelingen. Hierbij wordt aandacht besteed aan de bruikbaarheid van de KRW-maatlatten, aandachtspunten bij de doelafleiding en aanbevelingen voor de monitoring en toetsing.