Golfrandvoorwaarden ten behoeve van de realiseerbaarheid van de Philipsdam en het sluizencomplex
Compartimentering van de Oosterschelde is noodzakelijk als gevolg van de keuze van het afsluitmiddel (stormvloedkering) in de Oosterschelde enerzijds en de overeenkomsten tussen instanties binnen en buiten de Rijkswaterstaat anderzijds. Van de vier onderzochte mogelijkheden van compartimentering is, op grond van een aantal overwegingen, gekozen voor het zgn. C3 model. Het model C3 omvat de aanleg van de Philipsdam en Oesterdam en een aangepast kanaal door Zuid-Beveland. In de twee compartimenteringsdammen worden scheepvaartsluizen opgenomen. Met betrekking tot de tracé's van de compartimenteringsdammen voorziet het C3-model in een aantal varianten. Dit rapport beperkt zich tot het vastleggen van golfrandvoorwaarden met betrekking tot de Philipsdam en het sluizenkomplex.
- Datum rapport
- 1 januari 1978
- Auteur
- Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Deltadienst (RWS, DD); R.H.E. de Haan
- Uitgever
- Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Deltadienst (RWS, DD).
- Annotatie
-
16 p.
bijl., ill.
Nota DDWT-78.015
Digitaal document 2.6 Mb
Met lit. opg. - Documentnummer
- 3888