Infiltratie in Oostelijk Flevoland
Behandelt de gebieden, die in Oostelijk Flevoland in aanmerking komen voor infiltratie. De voornaamste factor die bij de begrenzing ervan in aanmerking is genomen, is de grondsoort. Een tweede factor is de hoogteligging van het terrein. Een derde factor is de ligging t.a.v. de wateraanvoermogelijkheid. Een bijkomende omstandigheid is de wenselijkheid van bosaanleg.
- Datum rapport
- 1 januari 1957
- Auteur
- [Ministerie van Verkeer en Waterstaat], Directie van de Wieringermeer (Noordoostpolderwerken); door C. Kalisvaart
- Uitgever
- Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Directie van de Wieringermeer (Noordoostpolderwerken).
- Annotatie
-
4 p.
fig.
(Flevo-bericht B ; no.5)
Voordracht gehouden voor de Landbouwkundige Vergadering van de Directie van de Wieringermeer (Noordoostpolderwerken) op 22 mei 1956 - Documentnummer
- 51967