Floristisch meetnet oevers zoete rijkswateren 2001 : uitwerking tweede ronde Maas

Beschrijft de toestand van de oevervegetatie en de ontwikkelingen die sinds de vorige inventarisatie in 1997 hebben plaatsgevonden. Tevens wordt op basis van de vegetatiesamenstelling een indicatie van de milieukwaliteit ter plaatse bepaald, onder andere het temperatuurgetal (indicator voor klimaatsverandering) en dynamiekgetal (indicator voor verstoring). Berekening van de floristische kwaliteit geeft daarnaast de ecologische waarde van de verschillende ecotopen in het Maasgebied weer, waarin de grote variatie in het watersysteem van de Maas duidelijk naar voren komt. De trends die gesignaleerd worden, hangen sterk samen met de hoogwaters van 1993 en 1995, en de kleiwinning die in de jaren daarna heeft plaatsgevonden om de dijken te versterken. Waren er in 1997 nog veel pioniersoorten, in 2001 worden vooral veel bos- en ruigtesoorten waargenomen.

Datum rapport
1 januari 2002
Auteurs
Beringen, R., Odé, B.
Auteur
Stichting Floristisch Onderzoek Nederland (FLORON); B. Odé, R. Beringen
Uitgever
Floron.
Annotatie
VI, 50, [46] p.
fig., tab.
(Biologische monitoring zoete Rijkswateren)
(RIZA rapport ; 2002.010)
(FLORON-rapport ; 27)
Onderzoek in opdracht van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Rijksinstituut voor Integraal Zoetwaterbeheer en Afvalwaterbehandeling (RWS, RIZA)
Contactpersonen: I. van Splunder, N. van Duynhoven, D. Willems
Met samenvatting
Met lit. opg. 
ISBN 9036954312
ISSN 13860143
Documentnummer
235699