Advies m.b.t. suppleren Slufterdamstrand
De belangrijkste conclusies zijn: ' Om de kans op klifvorming, aan de zeezijde van de Slufterdam, te verkleinen moet het strand verhoogd worden, en het profiel van de dam aangevuld worden tot het oorspronkelijke ontwerpprofiel. ' Om de afslag en de structurele erosie van het Slufterdamstrand te verlagen moet grover zand toegepast worden dan tot nu toe gebruikt is bij suppleties, en wordt aanbevolen om een onderwateroeversuppletie uit te voeren ter bescherming van het strand. ' De Slufterdam is volgens de laatste metingen (1999) veilig voor een 1:4000 storm. ' De Slufterdam is momenteel niet veilig wat betreft klifvorming als gevolg van een laag strand. ' Het grootste deel van de verliezen van gemiddeld 700.000 m3/jaar zijn een gevolg van langstransport. Deze verliezen blijven optreden ook als dwarstransport in evenwicht is. De belangrijkste aanbevelingen van het rapport zijn: ' Het uitvoeren van een strandsuppletie tussen de raaien 781 en 1002 van (minimaal) 0,6 miljoen m3. ' Ter bescherming van het strand en de dam, wordt aanbevolen om op de onderwateroever een suppletie uit te voeren van (minimaal) 1,1 miljoen m3. . De Mediane korreldiameter (D5O) van het suppletiezand moet groter zijn dan 250 um. ' Aanbevolen om het kustvak naast de jaarlijkse MWTL-metingen, intensiever op te nemen, om inzicht te krijgen in de levensduur van de (strand)suppletie. Deze is nu niet goed te voorspellen omdat grover zand wordt toegepast, en er een onderwatersuppletie wordt aangebracht. ' Bepaal na uitvoering van de suppletie, in gezamenlijk overleg, een definitieve "te handhaven" referentie-lijn voor het kustvak Maasvlakte, vergelijkbaar met de Basiskustlijn voor de overige kustvakken langs de Nederlandse kust. ' Stel gezamenlijk met de beheerders en belanghebbenden veiligheidscriteria vast voor de Slufterdam (met en zonder gevuld slibdepot), en de lage dam. Toets beide keringen aan de hand van de criteria volgens de voorgeschreven methode.