Monitoringsplan Oosterschelde 2010-2020

Omvat het plan voor de monitoring van de ontwikkelingen in het watersysteem Oosterschelde, die behoren bij de taak van Rijkswaterstaat, zowel de ontwikkelingen zelf als de informatie die nodig is om die ontwikkelingen te kunnen begrijpen. Het plan gaat met name over de monitoring op het gebied van Morfologie en Hydrografie voor de periode 2010 – 2020. Voor de monitoring van Ecologie en Chemie wordt uitgegaan van het monitoringsplan van de Waterdienst. De monitoring is opgesteld voor het getijdengebied achter de Oosterscheldekering. Monitoring van de hoogte/diepte van intergetijdengebieden en geulen voor de veiligheid is essentieel, omdat de intergetijdengebieden in de Oosterschelde mede bepalend zijn voor de belasting van de aanwezige waterkeringen. Wijzigingen in de morfologie van het intergetijdengebied kan leiden tot wijzigingen van de hydraulische randvoorwaarden die gelden voor de aanwezige waterkeringen. Het MWTL programma van de Waterdienst is de basis van dit plan. De Oosterschelde heeft een bijzondere status verkregen in verband met de Autonome Negatieve Trend (ANT), die hier optreedt. Vanuit ANT is daarom bekeken welke aanvullende metingen nodig zijn t.o.v. het landelijk programma.

Datum rapport
25 november 2010
Auteurs
Maldegem, D. van, Sinke,O.
Auteur
D. van Maldegem, O. Sinke ; Rijkswaterstaat dienst Zeeland (RWS, ZL) afd. Waterbeheer, afd. Meetadviesdienst
Uitgever
RWS, ZL.
Annotatie
37 p.
ill.
Met lit.opg.
Documentnummer
410473