De dichtheid van driehoeks- en quaggamosselen in het Markermeer: resultaten van de kartering uitgevoerd in 2011
Uit kartering in het Markermeer blijkt dat: 1. Op basis van biovolume in 2011 een factor 4,9 meer Dreissena’s werden aangetroffen dan in 2006, toen de voorgaande gebieds-dekkende kartering werd uitgevoerd. Het gemiddelde biovolume per locatie (per 2.400 cm2 bemonsterd oppervlak) was toegenomen van 5,4 naar 26,4 ml. 2. Over het totale Marker- en IJmeer berekend bedraagt het aandeel van de quaggamossel in de Dreissenagemeenschap 80% op basis van aantal en 90% op basis van biovolume. 3. Op basis van bovenstaande twee resultaten moet worden geconcludeerd dat de toename van Dreissena’s geheel is toe te schrijven aan de introductie van de quaggamossel die in het IJsselmeergebied omstreeks 2007 plaatsvond. 4. De introductie van de quaggamossel een eind heeft gemaakt aan de neerwaartse trend in de Dreissenadichtheid in Marker- en IJmeer, die op grond van karteringen en aanvullende waarnemingen in de periode 1981 t/m 2006 werd geconstateerd.