Vogeltellingen tijdens afgaand water op drie locaties langs de westerschelde : dijktraject Zuidgors
In verband met de voorgenomen verbetering van de dijkbekleding dient toetsing van deze ingrepen plaats te vinden in de vorm van een zogenaamde natuurtoets in het kader van de Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn. Voor de natuurtoets is het belangrijk om inzicht te hebben in het gebruik van het gebied door watervogels (o.a. steltlopers). Enerzijds betreft dit de functie van de oeverzone met dijk als hoogwatervluchtplaats en anderzijds de functie van het slik voor de dijk als foerageergebied. In deze rapportage worden de resultaten van de waarnemingen gepresenteerd. Op basis hiervan wordt aangegeven hoe de aanwezige vogels het gebied gebruiken en welk belang het gebied als foerageergebied heeft voor watervogels. Tevens vindt een vergelijking plaats van het gebruik van het onderhavige gebied als foerageergebied door watervogels met het berekende, gemiddelde gebruik van slikgebieden in het westelijk deel van de Westerschelde.
- Datum rapport
- 1 januari 2004
- Auteurs
- Boudewijn, T.J., Vonk, H.
- Auteur
- T.J. Boudewijn, H. Vonk; Bureau Waardenburg
- Uitgever
- Bureau Waardenburg.
- Annotatie
-
42 p. fig., tab. Rapportnr. 04-115 In opdracht van Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Rijksinstituut voor Kust en Zee (RWS, RIKZ), in het kader van het project VHR*Dijkbekleding Met lit. opg.
- Documentnummer
- 318463