Pakkettoets P2017-II : bovenrivieren

Als onderdeel van de PKB Ruimte voor de Rivier heeft het kabinet een pakket maatregelen in het Nederlandse rivierengebied samengesteld. Deltares controleert periodiek of het pakket van maatregelen als geheel voldoet aan de hydraulische taakstelling van de PKB. Bij de pakkettoets wordt uitgegaan van het meest recente beschikbare ontwerp of het laatste SNIP ontwerp. Dit rapport beschrijft de pakkettoets P2017-II voor de Bovenrivieren. Inmiddels zijn de maatregelen uitgevoerd. Daarom is dit de laatste pakkettoets voor de Bovenrivieren. De laatste pakkettoets voor de Benedenrivieren is uitgevoerd in oktober 2016. Door een vergelijking van deze pakkettoets met het Basispakket (VKA) uit 2004 is gekeken of het uitgangspunt zoals dat gold bij de PKB deel 4 ook gehandhaafd blijft bij de (bijna) opgeleverde projecten. Daarbij is ook gekeken naar de formele taakstelling van de PKB, de toetspeilen conform HR1996. Samengevat kan gezegd worden dat het uitgangspunt zoals dat gold bij de PKB deel 4 grotendeels ook gehandhaafd blijft bij het uiteindelijke pakket van maatregelen. Op veel trajecten realiseert het uitgevoerde pakket van maatregelen meer waterstandsdaling dan het VKA. Op de trajecten waar dat niet geldt liggen de waterstanden grotendeels onder de formele taakstelling van de PKB, de toetspeilen conform HR1996. Alleen op de Neder- Rijn/Lek en op het Pannerdensch Kanaal geldt dit niet, hier liggen de maatgevende waterstanden over het algemeen hoger dan bij het VKA en worden de voor het VKA geconstateerde overschrijdingen van de HR1996-waterstanden groter. Op het Pannerdensch Kanaal komt dit doordat de combinatie van maatregelen rondom de splitsingspunten en op het Pannerdensch Kanaal en de Boven-Rijn, samen met een wijziging in de regeling van de afvoerverdeling in het numerieke model, een andere waterstandsdaling oplevert dan in het VKA. Op ongeveer 2/3 van de Waal/Boven-Merwede liggen de maatgevende waterstanden in de pakkettoets P2017-II onder die van het VKA. Op het grootste deel van de trajecten waar de waterstanden wel boven het VKA liggen blijven ze wel ruim onder de HR1996-waterstanden. Alleen de overschrijdingen bij rkm 919-923 (Dreumel tot Varik) en rkm 927 (Rossum) zijn respectievelijk 2 mm en 1 cm groter geworden dan in het VKA. Dit komt door maatregel kribverlaging W3 in combinatie met de langsdammen. Deze combinatie is op het traject tussen rkm 919 en rkm 929 minder effectief geworden dan het referentieontwerp van kribverlaging W3 uit het VKA, terwijl ze op de locatie waar de taakstelling is gedefinieerd (rkm 887,5) juist effectiever is. Op het traject Boven-Rijn/Pannerdensch Kanaal liggen de maatgevende waterstanden bovenstrooms van rkm 865 onder die van het VKA. Benedenstrooms van rkm 865 liggen de maatgevende waterstanden duidelijk hoger dan bij het VKA en wordt de overschrijding van de HR1996-waterstanden benedenstrooms van rkm 869 duidelijk groter (zie uitleg verder boven). Op de IJssel verlaagt het huidige pakket van maatregelen de maatgevende waterstanden tussen rkm 957 en rkm 974 duidelijk meer dan het VKA. Bovenstrooms daarvan presteert het huidige pakket op meerdere locaties tot 3 cm slechter vanwege aangepaste ontwerpen van de maatregelen Cortenoever, Voorster Klei, Bolwerksplas en Keizerswaard. Dit heeft een verhoging van tot 3 cm van de reeds voor het VKA geconstateerde overschrijdingen van de HR1996-waterstanden bij rkm 931-933, rkm 945 en rkm 948 tot gevolg. Bij de overige overschrijdingen liggen de maatgevende waterstanden maar enkele millimeters boven of zelfs onder die van het VKA. De maatgevende waterstanden op de Beneden-IJssel, benedenstrooms van rkm 974, liggen grotendeels ruim onder die van het VKA. Alleen bij rkm 1000 presteert het huidige pakket van maatregelen vanwege een aangepast ontwerp van maatregel zomerbedverlaging 1 cm slechter dan het VKA en wordt de overschrijding van de HR1996-waterstanden 1 cm groter. Op de Neder-Rijn/Lek liggen voor het merendeel de maatgevende waterstanden van de pakkettoets hoger dan de maatgevende waterstanden van het VKA. De HR1996- waterstanden worden nu op de gehele Neder-Rijn/Lek overschreden, en met name bovenstrooms van rkm 902 (vanwege een veranderd ontwerp voor NURG-maatregel Lexkesveer) en bij rkm 944 (vanwege aanpassingen in het ontwerp van Ruimte voor de Rivier maatregel Vianen waardoor onder andere de locatie met het maximale effect verschuift) zijn de overschrijdingen groter dan bij het VKA. Naast de toetsing aan het VKA zijn de maatgevende waterstanden vergeleken met de voorgaande pakkettoets. De veranderingen in de maatregelen zijn klein, alleen de maatregelen Millingen, Huissen en Veessen-Wapenveld zijn vervangen door een nieuw ontwerp. Daardoor veranderen ook de maatgevende waterstanden maar weinig. Alleen op het Pannerdensch Kanaal worden de maatgevende waterstanden meerdere centimeters lager. Dit wordt veroorzaakt door het ten onrechte meenemen van een groot hoogwatervrij terrein in de voorgaande pakkettoetsen. Dit is in deze pakkettoets gerepareerd. De maatregelen op de IJssel en de Neder-Rijn, die de afvoerverdeling beïnvloeden, trekken ongeveer de beleidsmatig gewenste hoeveelheid water naar de twee takken. Op de Pannerdensche Kop wordt de beleidsmatige verdeling gerealiseerd door het Regelwerk Pannerden. In het Bovenrivierengebied (BOR) wordt voor de berekening van de waterstandeffecten gebruik gemaakt van de 2D modelsoftware WAQUA. Bij de door Deltares uitgevoerde pakkettoetsen is dezelfde procedure gevolgd en hetzelfde modelinstrumentarium gebruikt als bij eerder door RIZA uitgevoerde pakketberekeningen (Schielen, 2005). De gebruikte modelschematisatie beschrijft het rivierengebied in de situatie van omstreeks 2004, met daarin opgenomen de schematisaties van Ruimte voor de Rivier maatregelen en enkele autonome ontwikkelingen. De schematisatie is gebaseerd op de schematisatie die in het begin van het Ruimte voor de Rivier project beschikbaar was. Dit om te zorgen dat de jaarlijks uitgevoerde pakkettoetsen onderling vergelijkbaar blijven en alleen veranderingen in de schematisaties van maatregelen zichtbaar gemaakt worden. Om dezelfde reden wordt gewerkt met de software-versies die in het begin van het Ruimte voor de Rivier project beschikbaar waren. De conclusies van deze pakkettoets zijn gebaseerd op WAQUA-berekeningen waarbij bepaalde randvoorwaarden en gebiedgegevens (zoals vegetatie, zomerbedhoogtes, etc.) worden gebruikt en aannames worden gedaan. Deze uitgangspunten worden door PDR als representatief voor de beoordeling van Ruimte voor de Rivier maatregelen ten opzichte van de HR1996-waterstanden gezien. Veranderingen aan een maatregel kunnen in de pakkettoets een ander effect hebben dan in een individuele toetsing. Dit komt doordat in de pakkettoets de maatregelen elkaar beïnvloeden en omdat in de individuele toetsingen andere referentiemodellen gehanteerd zijn dan in de pakkettoets.

Datum rapport
1 december 2017
Auteurs
Becker, A., Visser, T.
Auteur
T. Visser, A. Becker ; Deltares
Uitgever
Deltares.
Annotatie
[51] p. incl. ref en incl. bijl
1207404-042
Opdrachtgever: Programmadirectie Ruimte voor de Rivier
Documentnummer
800415