Trends and uncertainties in future storm climate : for extreme wind statistics to be used in safety assessment and design of water defences - Phase 1

Sinds de invoering van de nieuwe waterveiligheidsnormering en het Wettelijk Beoordelingsinstrumentarium WBI2017 worden –als het gaat om beoordeling en ontwerp – onzekerheden niet alleen in de sterkte maar ook in de Hydraulische Belastingen meegenomen. De onzekerheidsbijdrage door onzekere trends in het toekomstige stormklimaat was echter nog niet meegenomen, terwijl een eerdere studie aanwijzingen gaf dat deze wel significant zou kunnen zijn.

De huidige Deltaresstudie, gebaseerd op de voor het KNMI-Klimaatsignaal gebruikte CMIP6-klimaatmodellen, nuanceert die ruwe aanwijzingen. De verwachting is dat onder het RCP8.5-scenario de eens-per-1-à-10-jaarwinden ongeveer 1% zullen toenemen tegen 2085 (95% betrouwbaarheidsinterval -3% tot +5%). De bijbehorende stormopzet langs de kust neemt naar verwachting grofweg 2% af, met een 95% betrouwbaarheidsinterval van -16% (afnemend) tot +12% (toenemend). De tegengestelde richting hangen samen met de richting van stormen: noord(west)elijke stormen lijken in het nieuwe klimaat wat minder te gaan voorkomen en (zuid)westelijke stormen wat meer. Dat betekent dat de trends voor de meren en mogelijk ook voor delen van de Waddenzee minder gunstig kunnen uitvallen dan voor de Hollandse en Zeeuwse Kust.

Bovengenoemde getallen zijn nog tamelijk onzeker en vooral sterk indicatief. Daarom wordt aanbevolen eerst te bezien of de KNMI2023-scenario’s nieuwe inzichten gaan opleveren. Overigens is het bij gebruik van bovenstaande getallen en updates van belang niet alleen de trend te verdisconteren, maar ook de onzekerheid bij die trend, zeker in een risicobenadering.
Tot slot moet bedacht worden dat de bijdrage van tropische cyclonen niet heel goed wordt weergegeven in de huidige studie en onderliggende CMIP6-modellen. Die CMIP6-beperking is relevant voor de BES-eilanden, maar later in de eeuw ook voor Nederland wanneer cycloonrestanten vaker Nederland zouden kunnen bereiken.

Datum rapport
24 januari 2022
Auteurs
Brink, H. van den, Groeneweg, J., Nieuwkoop, J. van
Documentnummer
11206817-027-GEO-0001 Projectnr.: 11206817-027