Haven Den Oever, aanslibbingsmechanisme en plan Wieringer vissers
In eerder onderzoek is geprobeerd het aanslibbingsmechanisme van de haven van Den Oever en de toegangsgeul te verklaren. De conclusie hiervan was: De grootste verondiepingen vinden plaats tijdens en eventueel na een periode met harde tot stormachtige wind uit westelijke richtingen. Alle aanwijzingen duiden erop dat het slib dat onder bovengenoemde omstandigheden in de haven wordt afgezet afkomstig is van de Breehorn, waar het onder rustige omstandigheden accumuleert. In deze notitie wordt met behulp van in 1978 uitgevoerde aanvullende metingen getracht meer zekerheid te verkrijgen over dit aanslibbingsmechanisme. Ook wordt ingegaan op het plan vande Wieringer vissers. Dit plan houdt in de havenmond te verleggen naar de spuikom. Bovendien worden nog enkele alternatieve oplossingen genoemd.
- Datum rapport
- 1 januari 1979
- Auteur
- G. Visser; Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Directie Waterhuishouding en Waterbeweging, District Kust en Zee, Studiedienst Hoorn
- Uitgever
- RWS, WW.
- Annotatie
-
[15] p.
5 bijl., ill.
Notitie WWKZ-79.H206
Digitaal document 764 Kb
Met lit. opg. - Documentnummer
- 212589