Stortproeven t.b.v. alternatieve stortplaats havenslib Harlingen
Ter minimalisering van de baggerkosten van de haven van Harlingen wordt overwogen de huidige stortplaats van de specie op de Grienderwaard te verlaten en een stortplaats dichter bij Harlingen te zoeken. Deze nieuwe stortplaats moet aan een aantal eisen voldoen: bereikbaar zijn; mag een vaargeul niet verondiepen; mag geen extra slibbezwaar voor de Harlinger haven, havenmond, Boontjes of Pollendam opleveren. Om te onderzoeken of aan deze eisen wordt voldaan is besloten een aantal proefstortingen uit te voeren. Dat is gebeurd op 1, 15 en 16 april 1980. Uit die proefstortingen is gebleken dat slibstortingen het baggerbezwaar van de haven van Harlingen niet of nauwelijks beïnvloeden, zeker niet indien het slib enige kilometers benoorden Harlingen wordt gestort.
- Datum rapport
- 1 januari 1980
- Auteur
- H.D. Rakhorst; Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Directie Waterhuishouding en Waterbeweging, District Kust en Zee, Studiedienst Hoorn
- Uitgever
- Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Directie Waterhuishouding en Waterbeweging (RWS, WW).
- Annotatie
-
7 p.
13 bijl., ill.
Notitie WWKZ-80.H245
Digitaal document 2.5 Mb
Met lit. opg. - Documentnummer
- 63671