Brief literature review on the use of the TOP assay and the AOF method for the assessment of total PFAS : differences between methodologies

Er bestaan verschillende methoden om per- en polyfluoralkylstoffen (PFAS) te beoordelen buiten de standaard kaders voor monitoring. Twee voorbeelden van analysemethoden zijn de TOP-methode (Total Oxidizabe Precursor) en de AOF-analyse (adsorbeerbaar organisch fluoride). Dit rapport geeft voor deze twee analysemethoden een overzicht van de verschillen in uitvoering tussen verschillende laboratoria, en de mogelijke gevolgen hiervan.

Bij de TOP-test worden PFAS-precursoren omgezet in meetbare PFAS-verbindingen. Hoewel er verschillende TOP-procedures bestaan, zijn deze over het algemeen zeer vergelijkbaar. De TOP-test is een van de meest selectieve methoden omdat deze inherent gericht is op PFAS, maar is minder uitgebreid dan bijvoorbeeld de AOF-methode.

De AOF-methode bepaalt de totale organische fluorconcentratie. AOF-procedures zijn gestandaardiseerd. De analyse geeft geen informatie over de vraag of het gemeten organofluoride kan worden geclassificeerd als PFAS.

Aangezien de TOP-test selectiviteit biedt en de AOF inclusiviteit, vullen de twee benaderingen elkaar aan. Een vergelijking van TOP- en AOF-metingen kan daarom de meest uitgebreide beoordeling voor totaal PFAS bieden. Beide methoden geven echter geen details over PFAS-types en toxiciteit, en verdere analyses zijn nodig voor een volledige evaluatie van PFAS-verontreiniging.

Datum rapport
1 november 2023
Auteurs
Amato, E., Vughs, D.
Uitgever
KWR
Annotatie
Projectnr.: 404681
Commissioned by Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving (RWS, WVL)
Documentnummer
KWR2023.106