Resultaten van het onderzoek naar het voedsel en de voedselgebieden van de lepelaars van het Naardermeer in 1970
Het gaat er in de eerste plaats om dat bekend wordt waar de belangrijkste voedselgebieden van de lepelaars liggen, zodat zonodig voor het behoud van deze gebieden opgekomen kan worden wanneer zij bedreigd worden ( stedenbouw, aanleg van industriegebieden en wegen, enz.). De belangrijkheid van de gevonden voedselgebieden kan afgeleid worden uit het aantal lepelaars dat in deze gebieden regelmatig voedsel vindt. Hierbij moet in aanmerking genomen worden dat sommige voedselgebieden mogelijk slechts een bepaalde tijd van de dag aan lepelaars voedsel kunnen bieden. Dergelijke gebieden zouden in het kader van een continue voedselvoorziening toch een onmisbare plaats kunnen innemen. Wanneer de belangrijkste voedselgebieden opgespoord zijn, gaat het er voorts om, dat kennis van de voedselbron zelf verkregen wordt opdat: tot passende beheersmaatregelen voor deze voedselbron overgegaan kan worden, voor zover deze mogelijkheid bestaat; en gewapend met de verkregen kennis nieuwe voedselbronnen gecreeërd kunnen worden, wanneer de voedselsituatie verslechtert.
- Datum rapport
- 1 januari 1979
- Auteur
- E.P.R. Poorter; Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders
- Uitgever
- Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (RWS, RIJP).
- Annotatie
-
66 p.
fig., krt., tab. ; 30 cm.
Lit. opg. - In opdracht van de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland.(RIJP-rapport ; 1979-3 Abw) - Documentnummer
- 140813