Aan de orde komen: inrichtingsvarianten, verkeerstechnische aspecten m.b.t. het viaduct (zichtlengten ; ruimtelijke werking, obstakelvrees ; geleiding, misleiding ; beeldcontinuïteit en ordening ; knooppunten, oriëntatie en zichtlijnen ; verlichting, belichting en reflecties ; neerslag en ...