Een globale afschatting van de te verwachten grondwaterveranderingen t.g.v. de aanleg van de Zuid-Willemsvaart rond Helmond
Gevraagd is de effecten na te gaan als boven- en benedenstrooms van sluis DE een kanaalpeil van NAP + 20,47 m resp. NAP + 14,75 m wordt vastgesteld t.o.v. een eerder voorgesteld kanaalpeil van NAP + 20,20 m resp. NAP + 14,95 m. Deze relatief kleine peilwijzigingen hebben ten opzichte van de totale ingreep (KP = grondwaterstand ong. 2 m ) slechts beperkte gevolgen. De gevolgen van de kanaalaanleg op de grondwaterstand zijn aanmerkelijk kleiner dan in eerste instantie werd verwacht ( lit 3. ). Het effect van de totale ingreep op de grondwaterstand kan nog worden beperkt door sluis DE enkele kilometers te verschuiven.
- Datum rapport
- 1 januari 1984
- Auteur
- E.M.E. Roijen; [Ministerie van Verkeer en Waterstaat,] Rijkswaterstaat, Directie Waterhuishouding en Waterbeweging, District Zuidoost
- Uitgever
- Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Directie Waterhuishouding en Waterbeweging (RWS, WW).
- Annotatie
-
3, 14, 16 p.
Ill., graf., fig.
Nota (WWZO) 84.16
Projectnr. 37.120.00 - Documentnummer
- 171302