Nader onderzoek waterbodem Brabantse Biesbosch
Uit het waterbodemonderzoek komt naar voren dat de waterbodem in de permanent natte delen van de Brabantse Biesbosch voornamelijk bestaat uit zandig materiaal afgewisseld met sliblagen. Op grotere diepte gaan de slib- en zandlagen over in klei en veen.
In de hoofdgeulen van het westelijk deel bevindt zich de grootste hoeveelheid sterk verontreinigd sediment (minimaal 427.430 m3; klasse NT). Gezien de relatief grote waterdiepte en het feit dat de verontreiniging deels is afgedekt door schoner sediment worden de humane, ecologische en verspreidingsrisico's in de huidige situatie als zijnde beperkt ingeschat. Bij openstelling van de Noordwaard ontstaat er door de erosie waarschijnlijk een grotere contactoppervlakte (blootstelling NT specie) en een actueel risico op verspreiding via het oppervlakte water naar het Hollandsch Diep.