Handelingsperspectief Bermbranden : kosten-baten afweging van adaptatieopties en verkenning naar bredere gevolgen

Bermbranden vormen een risico voor de veiligheid van wegen in Nederland door rookvorming en gevaar voor weggebruikers. Bermbranden komen in Nederland tientallen tot honderden keren per jaar voor (RWS registraties). Ze worden meestal veroorzaakt door menselijke onvoorzichtigheid of kwaadwillendheid, en zelden door natuurlijke oorzaken. Factoren zoals vegetatie, droogte en windrichting beïnvloeden de frequentie en intensiteit van deze branden. Met de verwachting dat het klimaat droger wordt, zal ook de frequentie en intensiteit van natuurbranden toenemen. Rijkswaterstaat streeft naar een klimaatbestendig hoofdwegennetwerk in 2050. Deze studie draagt daaraan bij door inzicht te bieden in de gevolgen van natuur- en bermbranden en handelingsperspectieven te ontwikkelen voor adaptatieopties die de gevoeligheid voor bermbranden en de gevolgen daarvan verminderen.
Het doel van deze studie is tweeledig:

  1. Handelingsperspectief: Ontwikkelen van een concreet handelingsperspectief voor Rijkswaterstaat om beter om te gaan met bermbranden in een veranderend klimaat. Dit omvat verschillende adaptatieopties en een bijbehorende kosten-batenanalyse.
  2. Maatschappelijke gevolgen: Verkennen van de bredere maatschappelijke gevolgen van natuur- en bermbranden, inclusief economische verliezen, brandweerinzet en gezondheidsschade. Dit gebeurt in samenwerking met experts van verschillende organisaties om een breed inzicht te krijgen in de gevolgen en passende maatregelen te bepalen.

Op basis van dit onderzoek en de uitgevoerde de kosten-baten afweging doet Deltares de volgende aanbevelingen:

  • Investeer in beheer- en onderhoudsmaatregelen. Structureel twee keer per jaar maaien van bermen is kosteneffectief en blijft nuttig in een weinig veranderend klimaatscenario.
  • Incidenteel extra maaien in droge jaren is minder effectief en vereist een snelle uitvoering.
  • Het vaker verwijderen van zwerfafval is vooral nuttig in combinatie met structureel maaien.
  • Het veranderen van de vegetatie naast de weg is op zichzelf niet effectief, maar in combinatie met structureel maaien wel kosteneffectief.
  • Daarnaast wordt aanbevolen om te onderzoeken hoe een hogere paraatheid van een first responder tijdens de droge maanden kan worden verwezenlijkt.
  • Verzorgingsplaatsen zijn locaties met hoge gevoeligheid voor branden. Maatregelen hier omvatten frequenter maaien en afval opruimen, maar ook bewustwordingscampagnes. Aanbevolen wordt om voor deze locaties de gevolgen in een bredere context te duiden, inclusief cascade-effecten.

Om klimaatrisico’s van natuurbranden voor RWS en Nederland te duiden is er behoefte aan de ontwikkeling van een systematische risico-afweging voor berm- en natuurbranden die breder is dan alleen herstel- en stremmingskosten. Hieruit volgen de volgende aanbevelingen:

  • De bedrijfswaardenmatrix van Rijkswaterstaat is voor klimaatdreigingen moeilijk te gebruiken, omdat het op nationale schaal gevolgen vraagt en niet toepasbaar is op objectniveau. Aanbevolen wordt een afweegkader specifiek voor klimaatdreigingen op te stellen.
  • De gevolgen moeten structureel gemonitord worden op o.a. aantasting van oppervlak, ecologische effecten, oorzaak, brandweerinzet.
  • Voor goede besluitvorming en implementatie is het noodzakelijk wordt afgestemd met andere partijen, zoals brandweer, terreinbeheerders, en veiligheidsregio’s.

Momenteel is RWS samen met IenW aan het bekijken hoe we omgaan met bovenstaande aanbevelingen.

Auteurs
Marle, M.J.E. van, Meijer, L.G., Noyons, B.C., Veggel, W.A. van
Datum rapport
20 december 2024
Uitgever
Deltares
Annotatie
In opdracht van Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving (RWS, WVL), contactpersoon L. Goes