Golfbelastingen in havens en afgeschermde gebieden : een eenvoudige methode voor het bepalen van golfbelastingen voor het toetsen van waterkeringen
De hydraulische randvoorwaarden voor de Nederlandse primaire waterkeringen worden elke zes jaar vastgesteld door de Minister van Verkeer en Waterstaat. Voor de waterkeringen in havenbekkens zijn deze randvoorwaarden buitengaats nabij de ingang van de havens afgegeven. Om de primaire waterkeringen die rondom de haven liggen te kunnen toetsen op veiligheid, is een vertaling nodig van de hydraulische randvoorwaarden die buitengaats van de havens gegeven zijn, tot voor de waterkering rondom de havens. Hierbij is een vertaling nodig die rekening houdt met de afschermende elementen in en rondom het havenbekken. Deze elementen bestaan in het algemeen uit dammen, golfbrekers en hoge voorlanden. Een overzicht van zeehavenbekkens langs de Nederlandse kust is gegeven in [1].
Het voorliggend document biedt de beheerders van waterkeringen in havens en afgeschermde gebieden een leidraad voor een eenvoudige vertaling van golfcondities buiten de haven naar golfbelasting binnen de haven. Het rapport beschrijft een eenvoudige methode die door DHV en Witteveen+Bos is ontwikkeld op basis van een eerste aanzet door Alkyon [2]. Deze ontwikkeling heeft plaatsgevonden in opdracht van het voormalige Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ) en in samenwerking met de eveneens voormalige instituten Rijksinstituut voor Zoetwaterhuishouding en Afvalwaterbehandeling (RIZA) en de Dienst Weg- en Waterbouwkunde (DWW). Verder is het Projectbureau Zeeweringen bij de ontwikkeling van de methode betrokken geweest in de hoedanigheid van klankbord en als vertegenwoordiger van beoogde eindgebruikers. De huidige versie van dit document (augustus 2014) is tot stand gekomen onder verantwoording van de Rijkswaterstaat, afdeling Water, Verkeer en Veiligheid te Lelystad.
De eenvoudige methode biedt de mogelijkheid om met relatief eenvoudige rekenregels de bovengrens van de golfbelasting binnen een haven te bepalen. Hierbij worden de meeste belangrijkste fysische processen in havens in rekening gebracht. Vanwege de eenvoud zal altijd wel voldaan moeten worden aan een aantal toepassingscriteria; hierop dient als eerste te worden getoetst. De eenvoudige methode is primair bedoeld om snel een toetsing te kunnen uitvoeren en is dan ook niet bedoeld om te ontwerpen omdat de methode per definitie conservatieve waarden geeft.
Verder worden ook richtlijnen en criteria gegeven voor de toepassing van geavanceerde modellen voor het geval dat de eenvoudige methode ontoereikend is of niet mag worden toegepast.
De methode leidt bewust tot golfbelastingen die veelal zwaarder zijn dan indien de condities met geavanceerde modellen1 zijn berekend. De methode voldoet daarmee aan het beginsel van het Voorschrift Toetsen op Veiligheid (VTV) om van een grove naar een fijne benadering toe te werken waarbij de eenvoudige benadering de meest conservatieve resultaten geeft en de geavanceerde benadering de minst conservatieve. De eenvoudige methode maakt deel uit van het VTV proces.
Dit rapport is grotendeels verwerkt in de handleiding bij het programma HB havens: Hydraulische Belastingen Havens, Gebruikershandleiding en methode (2018)
RIKZ2004-001 (update 2014)