Proefopzet persputten Noord-Holland

Op grond van voorgaand onderzoek wordt geconcludeerd dat er tegenmaatregelen mogelijk zijn om daling van de stijghoogte van het grondwater in Noord-Holland, als gevolg van de aanleg van de Markerwaard, tot elk gewenst of noodzakelijk niveau te beperken. Nadat de uitgangspunten voor een proefopzet zijn beschreven, wordt een keuze gemaakt voor proeflocaties met persputten. Hierbij spelen geologische en (geo)hydrologische aspecten een rol, evenals de beschikbaarheid van voedingswater en de juridische aspecten. Nadat de locaties zijn vastgesteld worden de opzet en inrichting van de proeflocaties beschreven. Mogelijke alternatieven ten aanzien van volledige dan wel gedeeltelijke compensatie van stijghoogtedalingen worden aangegeven. De investeringskosten, alsmede de exploitatie- en onderzoekskosten van de diverse mogelijke proefopzetten voor diverse proeflocaties worden vermeld en tenslotte worden een aantal aanbevelingen gedaan, om te kunnen komen tot een inrichting van persputproeven in Noord-Holland.

Datum rapport
1 januari 1984
Auteur
[Werkgroep] ( voorzitter J.H. Woudstra); [Ministerie van Verkeer en Waterstaat], Rijkswaterstaat, Directie Waterhuishouding en Waterbeweging District Noord (RWS, WW), Directie Zuiderzeewerken (RWS, ZZW) en Provinciaal Waterleidingbedrijf van Noord-Ho...
Uitgever
[Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Directie Waterhuishouding en Waterbeweging (RWS, WW)].
Annotatie
22 [14] p.
ill.
Documentnummer
94214