Westerscheldetunnel : aansluitng Hoekseweg of H.H. Dowweg?
Verslag van het onderzoek naar de volgende vragen: -welke consequenties hebben de verschillende ontwerpen van de aansluiting van de Westerscheldetunnel op het bestaande wegennet van Zeeuws-Vlaanderen voor de verkeersbelasting van het onderliggend wegennet in de nabije omgeving? In hoeverre gaat de voorgestelde oplossing sluipverkeer tegen dan wel werkt het sluiproutes in de hand? -welke consequenties heeft de gewijzigde aansluiting voor de verkeersbelasting van de WST-verbinding en dan met name tussen H.H. Dowweg en de N61? -op welke wijze kan de voorgesteldeaansluiting op de H.H. Dowweg worden vormgegeven? -hoe kan een P+R-locatie het beste op de N252 en de Westsluis worden aangesloten? Hierbij dient de eventuele derde zeesluis en de verbreding van het kanaal te worden betrokken. -hoe kan een P+R-locatie worden gerealiseerd, die met name goed bereikbaar is voor de busverbinding door de tunnel? -welke consequenties heeft de voorgestelde oplossing op de ontsluiting van bedrijfsterreinen en dan met name voor DOW Benelux BV inclusief de Mosselbanken en de (geplande) Westelijke Kanaaloever? -past de voorgestelde oplossing binnen het bestemmingsplan? -wat zijn de globale kosten van de voorgestelde aansluitng?
- Datum rapport
- 1 januari 1997
- Auteur
- D.P. Overkamp; DHV Milieu en Infrastructuur
- Uitgever
- DHV Milieu en Infrastructuur.
- Annotatie
-
28 p. bijl., ill. In opdracht van: Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Directie Zeeland Project: Zuidelijke aansluitingen Dossiernr.: M0531-01.001 Met lit.opg. Met samenv.
- Documentnummer
- 86829