Advisering zandsuppletie Slijkplaat vanuit een ecologische invalshoek
De Slijkplaat in het Haringvliet is na 1970 in omvang afgenomen door toedoen van verstuiving en door golfaanval. Dit resulteert in negatieve gevolgen voor de op de plaat voorkomende planten en dieren. Om de afslag van de plaat zoveel mogelijk te beperken zijn in 1986 aan de westzijde vooroeververdedigingen aangelegd. Deze vooroeververdedigingen breken de golven en zorgen er gedeeltelijk voor dat het materiaal van de plaat niet wegspoelt. Aangezien de afslag na de aanleg - weliswaar in verminderde mate - nog is doorgegaan, zijn de oeververdedigingen in najaar 1995 in oostwaartse richting verlengd. De top van deze dammen ligt op een hoogte van 1 m +NAP.
Rijkswaterstaat, Directie Zuid-Holland, heeft het voornemen om in 1996 zand bij de Slijkplaat op te spuiten. Belangrijke aandachtspunten hierbij zijn de hoeveelheid zand die moet worden opgespoten en de vorm waarin het zand moet worden opgebracht. Rijkswaterstaat Directie Zuid-Holland heeft Bureau Waardenburg verzocht om een korte notitie te schrijven waarin een onderbouwing wordt gegeven voor de mogelijke zandsuppletie voor de Slijkplaat.
- Datum rapport
- 1 maart 1996
- Auteur
- T.J. Boudewijn ; S. Dirksen ; Bureau Waardenburg; Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Directie Zuid-Holland (RWS, ZH)
- Uitgever
- Bureau Waardenburg.
- Annotatie
-
28 p.
ill.
Met lit. opg.
proj. nr. 95.110
rapport nr. 96.15
In opdracht van Rijkswaterstaat, directie Zuid-Holland (RWS, ZH) - Documentnummer
- 731558