Resultaten van een loopkever-inventarisatie rond de Oosterschelde in 1974 t/m 1976
De Oosterschelde is de laatste zeearm waar voorzieningen worden getroffen die tot doel hebben de aanliggende gebieden beter te beveiligen. Om de invloed die deze voorzieningen ongetwijfeld op het milieu zullen hebben te kunnen nagaan en om op de verandering te kunnen inspelen bij een toekomstige inrichting, is in 1974 begonnen de uitgangssituatie zoveel mogelijk vast te leggen. De inventarisatie van de loopkeverbevolking, welke in dit rapport wordt vermeld, is een onderdeel daarvan. In de periode 1974 t/m 1976 is met gebruikmaking van trechtervallen de loopkeverbevolking op diverse buitendijkse delen en aanliggende binnendijkse gronden rond de Oosterschelde en daarmee in open verbinding staande wateren geïnventariseerd. Van de verschillende plekken is een globale bodem- en vegetatiebeschrijving gegeven. Achtereenvolgens worden de soorten en aantallen totaal per gebied, per gebied per jaar, de veranderingen in soorten en aantallen gerelateerd aan de veranderingen in zoutgehalte en overspoeling behandeld en de resultaten van de inventarisatie samengevat en vergeleken met resultaten van andere onderzoekers.
- Datum rapport
- 1 januari 1980
- Auteur
- Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (RIJP); door M. Zijlstra
- Uitgever
- Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (RWS, RIJP).
- Annotatie
-
23 p.
fig., tab.
(RIJP-rapport ; 1980-17 Abw)
Met lit. opg. - Documentnummer
- 140769