Fosfaatbehoefte van enkele vlinderbloemige gewassen op ongerijpte gronden

In 1969 werd in Zuidelijk Flevoland een proefveld aangeegd met in de eerste plaats de bedoeling de werkzaamheid van een aantal rhizobiumstammen te vergelijken bij hun waardplanten (luzerne, witte klaver en hopperups). Dit onderzoek werd na de oogst van de eerste snede in september beëindigd. De uitvoering van deze proef en de resultaten ervan zijn vermeld in Intern Rapport no. 179. In verband met eerder opgedane ervaringen over een abnormale behoefte aan opneembaar fosfaat van deze gewassen op ongerijpte gronden werd daarnaast het effect van een fosfaatbemesting in 1969 en 1970 op deze gewassen op zowel de geënte als niet geënte perceeltjes nagegaan. Hierover gaat dit rapport.

Datum rapport
1 januari 1971
Auteur
[Ministerie van Verkeer en Waterstaat], Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (RIJP), Wetenschappelijke Afdeling; door D.J. Lindenbergh
Uitgever
Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (RWS, RIJP).
Annotatie
[8] p.
tab.
2 bijl.
(Intern Rapport ; no. 231)
Met samenvatting
Met lit. opg.
Documentnummer
8493