Radarhinder hoogspanningsleiding langs het Lateraalkanaal Linne - Buggenum
In deze nota wordt verslag gedaan van een onderzoek naar de mate waarin de masten van een aan te leggen hoogspanningsleiding tussen het Lateraalkanaal en de huidige leiding Maasbracht-Buggenum een verstoring kunnen geven op het beeld van radarinstallaties aan boord van schepen in het Lateraalkanaal. Uit het onderzoek blijkt dat hoogspanningsmasten het radarsignaal sterk reflecteren en dat de echo's van de masten breder afgebeeld worden dan verwacht. Bij een te grote gevoeligheidsinstelling treden een aantal kleine echo's op in tangentiële richting naast de mastecho. Dit effect werd waargenomen bij dwarsafstand van ca 37 m. Geen hinderlijke effecten traden op in een richting evenwijdig aan de hoogspanningsleiding. Aanbevolen wordt het centrum van de hoogspanningsleiding tenminste 47 m verwijderd te houden uit het midden van de dijk langs de westzijde van het Lateraalkanaal.
- Datum rapport
- 1 januari 1977
- Auteur
- [projectleider J. Smit]; [Ministerie van Verkeer en Waterstaat] Rijkswaterstaat, Dienst Verkeerskunde, Hoofdafdeling Scheepvaart
- Uitgever
- Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Dienst Verkeerskunde (RWS, DVK).
- Annotatie
-
9 p.
bijl., fig. ; 30 cm
Nota S76.46 - Documentnummer
- 74980