Wijzigingen in het kustmeetnet van Noord-Holland, Texel, Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog tot en met 1983

Bij het opzetten van het meetnet voor de jaarlijke kustmetingen is gebruik gemaakt van de hoofdkilometerpalen die, vanaf 1843, langs het Noordzeestrand zijn geplaatst, het zogenaamde oorspronkelijke meetstelsel. De verbindingslijn van deze hoofdkilometerpalen vormt de hoofddraai van het meetnet. Op onverdedigde kustvakken liggen de meetdraaien langs de Noordhollandse kust op een onderlinge afstand van 250 meter en op de eilanden op een afstand van 200 meter. Op de verdedigde kustvakken van Noord-Holland, Texel en Vlieland liggen de meetdraaien midden tussen de strandhoofden en ter plaatse van de hoofden. Niet overal bleek het mogelijk om de hoofddraai te laten samenvallen met de verbindingslijn tussen de hoofdkilometerpalen van 1843. In dit rapport zijn de afwijkingen hierop vermeld.