Watersportinventarisatie langs de Randmeren van Oostelijk en Zuidelijk Flevoland (1969)

In de nazomer van 1969 is een begin gemaakt met een watersportonderzoek langs de randmeren van Oostelijk en Zuidelijk Flevoland. Hierbij zijn van de jachthavens en de watersportsteunpunten gelegen aan de oude-landzijde en aan de polderdijken van de randmeren de capaciteit en de aanwezige boten, die zowel naar type als naar lengte zijn onderscheiden, opgenomen. Van de randmeren zijn gegevens verzameld betreffende waterdiepte, oppervlakte, vorm en aanlegmogelijkheden voor verschillende boten. Tijdens de inventarisatie zijn van de jachthavens de exploitatievorm, de capaciteit, de huurprijs van een ligplaats en de mogelijkheden en kosten voor winterberging opgenomen. Aan de hand van deze gegevens is getracht betrekkingen te vinden tussen de exploitatievorm en de capaciteit, evenals tussen de exploitatievorm en de huurprijs van een ligplaats en de mogelijkheden en kosten voor winterberging. Aangezien voor de jachthaven te Ketelhaven de woonplaatsen van de huurders van ligplaatsen bekend zijn, is getracht na te gaan in hoeverre een verband zou kunnen bestaan tussen het type boot en de afstand van de woonplaats tot de jachthaven. Van de boten te Ketelhaven zijn voorts de mastlengten verkregen.

Datum rapport
1 januari 1970
Auteur
[Ministerie van Verkeer en Waterstaat], Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (RIJP); door H.A. Bruning en A. van Brenkelen
Uitgever
Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders (RWS, RIJP).
Annotatie
31 p.
tab.
8 bijl.
(Intern rapport ; no. 201)
Met samenvatting
Met lit .opg.
Documentnummer
238451