Rijden onder invloed in Nederland in 2006-2019 : ontwikkeling van het alcoholgebruik van automobilisten in weekendnachten

Het onderzoek
Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving (WVL), voorheen Dienst Verkeer en Scheepvaart (DVS) voerde van 1999 tot en met 2008 jaarlijks onderzoek uit naar het rijden onder invloed van alcohol in Nederland. In 2009 is de onderzoeksopzet geëvalueerd en is besloten het onderzoek uit te besteden aan I&O Research. In 2010 zijn door I&O Research voor het eerst metingen uitgevoerd, de meting van 2019 is de zesde die door I&O Research is uitgevoerd. De opzet is hetzelfde gebleven als in de periode 1999-2008. De opdrachtgever van het onderzoek is het Directoraat-Generaal Mobiliteit van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

In deze rapportage wordt – net als in 2015 en 2017 – een weging toegepast naar politieregio’s en naar voertuigkilometers op vrijdag en zaterdag. Hierbij wordt gebruik gemaakt van cijfers vanuit het verplaatsingsonderzoek ODiN (Onderweg in Nederland). Omdat het CBS de oude opzet (OViN) in 2018 aanzienlijk heeft gewijzigd (nu ODiN), is er een methodebreuk ontstaan. Daarom is er voor het berekenen van de weegfactor voor de cijfers van 2019 gekozen om een langjarig gemiddelde te gebruiken. De vergelijkbaarheid met eerdere jaren is hiermee zo goed mogelijk in stand gehouden.

In samenwerking met de politie worden tweejaarlijks alcoholcontroles uitgevoerd, verdeeld over de 10 Nederlandse politieregio’s. In 2019 zijn ruim 10.000 blaastesten afgenomen. Dit aantal is ruim voldoende om betrouwbare uitspraken op vrijwel alle meetniveaus te doen. Waar deze betrouwbaarheid in het geding is, wordt dit in deze rapportage vermeld. In 2017 was het aantal afgenomen blaastesten hoger (ruim 13.000). Een verklaring hiervoor is het afnemende aanbod van automobilisten bij de alcoholcontroles waardoor er gemiddeld minder gecontroleerde bestuurders per meting zijn.

De metingen bestaan uit een aselecte steekproef van automobilisten die in de nacht van vrijdag op zaterdag (vrijdagnacht) en van zaterdag op zondag (zaterdagnacht) tussen 22.00 en 4.00 uur aan het verkeer deelnemen. Iedere automobilist is verplicht een ademtest af te laten nemen, en wanneer men bij deze ademtest op straat de alcohollimiet van 0,5‰ (ervaren bestuurder) of 0,2‰ (beginnende bestuurder) overschrijdt, volgt een ademanalyse test welke zal moeten bepalen of de bestuurder daadwerkelijk de limiet overschrijdt.


Nationale ontwikkelingen
Vanwege de vergelijkbaarheid met voorgaande jaren wordt eerst het onderscheid tussen beginnende en ervaren bestuurders losgelaten. De eerstvolgende cijfers in deze samenvatting hebben betrekking op de totale groep bestuurders met een Bloed Alcohol Gehalte (BAG) van 0,5‰ of meer. Aan het einde van deze samenvatting wordt de groep beginnende bestuurders apart behandeld. De belangrijkste ontwikkeling is dat het percentage overtreders sterk is toegenomen van 1,4 in 2017 naar 2,3 procent in 2019.


Regionale ontwikkelingen
In 2019 zijn in Rotterdam de meeste bestuurders in overtreding. Dit aandeel stijgt sterk van 1,6 naar 5,5 procent. Ook in Midden-Nederland (van 1,0 naar 2,5 procent) en Oost-Brabant (van 1,1 naar 2,5 procent) stijgt het aandeel overtreders in 2019 flink. In de overige regio’s blijft het percentage overtreders onder de 2,5 procent.

Ontwikkeling naar geslacht en leeftijd
Door de jaren heen zijn mannen vaker in overtreding dan vrouwen. In 2019 is 2,5 procent van de mannelijke bestuurders in overtreding, dit is sterk toegenomen in vergelijking met 2017 (1,8 procent). Het aandeel vrouwen stijgt ook: 1,4 procent is in overtreding in 2019. In 2017 was dit nog 0,9 procent.

Mannen tussen 35 en 49 jaar zijn in 2019 het vaakst in overtreding (3,7 procent). Dit betekent een stijging van 1,6 procentpunt ten opzichte van 2017. Alleen bij mannen van 18 tot 24 jaar is het aandeel overtreders gelijk gebleven (1,7 procent).

Vrouwelijke bestuurders tussen de 25 en 34 jaar dronken – net als in 2017 – het vaakst te veel (2,9 procent). Deze groep kent ook de sterkste stijging. Onder de vrouwen tussen 50 jaar en ouder daalde het aandeel overtreders sterk (van 0,9 naar 0,2 procent).

Ontwikkeling naar dag en tijdstip
Sinds 2015 zijn bestuurders op zaterdag vaker in overtreding dan op vrijdag. In 2019 zet deze trend door. Op zaterdag is 2,7 procent in overtreding (was 1,7 procent) en op vrijdag 1,9 procent (in 2017 was dit nog 1,2 procent).

Naarmate het tijdstip vordert, zijn er meer bestuurders in overtreding. In 2019 zijn tussen 2.00 en 4.00 uur de meeste bestuurders in overtreding (3,9 procent). In 2017 gaat het om 2,5 procent (tussen 2.00 en 4.00 uur).

Ontwikkeling naar herkomst
De helft van de overtreders (50 procent) heeft in een horecagelegenheid gedronken. Dat is 5 procentpunten meer dan in 2017. Ook het aandeel overtreders dat bij vrienden, kennissen of familie of elders drinkt is toegenomen. Relatief minder overtreders drinken op werk, in een sportkantine/clubhuis of thuis.


Ontwikkeling naar gemeentegrootte
In 2019 worden de meeste overtredingen in gemeenten van meer dan 100.000 inwoners geconstateerd (2,4 procent). In gemeenten van minder dan 50.000 inwoners en gemeenten tussen de 50.000 en 100.000 is dit respectievelijk 2,1 en 2,0 procent. In alle drie categorieën is het aantal overtreders gestegen ten opzichte van 2017.

Ontwikkeling naar afstand
Naarmate de afstand die men moet afleggen naar de eindbestemming dichterbij ligt, wordt er meer gedronken. Onder bestuurders die maximaal 5 kilometer moeten rijden is het aandeel overtreders 4,4 procent, gevolgd door 3,2 procent onder bestuurders die tussen de 5 en 10 kilometer afleggen. Onder bestuurders die meer dan 50 kilometer rijden is het aandeel overtreders 1,1 procent. Ten opzichte van 2017 is het aandeel overtreders op korte afstanden (tot 10 kilometer) hoger. Tussen 10 en 20 kilometer en bij meer dan 50 kilometer is er sprake van een afname (respectievelijk 0,9 en 0,2 procentpunt).

Ontwikkeling beginnende en ervaren bestuurders
Ervaren bestuurders zijn vaker in overtreding dan beginnende bestuurders. In 2019 heeft 2,3 procent van de beginnende bestuurders meer dan 0,2 promille geblazen. In 2017 was dit nog 2,6 procent. In 2019 blies 1,3 procent van de beginnende bestuurders meer dan 0,5 promille. Dat was in 2017 1,2 procent.
Onder ervaren bestuurders blies 5,1 procent in 2019 meer dan 0,2 promille. Dat is 0,8 procentpunt hoger dan in 2017.

Pilot rijden onder invloed van drugs
In 2019 is de pilot rijden onder invloed van drugs uitgevoerd, met als doel te leren en te testen of het mogelijk is (in samenwerking met de politie) een functionerende combinatiemeting te kunnen organiseren. Het gaat hierbij om het opdoen van praktische ervaring: welke voor- en nadelen heeft het uitvoeren van combinatiecontroles? Tegen welke zaken lopen we aan? Wat kan/moet anders? Vanuit de eerste metingen kan worden geconcludeerd dat het qua praktische uitvoering goed mogelijk is combinatiemetingen met zowel alcohol als drugs uit te voeren en aansluiting te zoeken bij controles in het kader van het onderzoek Rijden onder invloed. Het is niet mogelijk betrouwbare uitspraken te kunnen doen over de prevalentie van drugs in het verkeer vanwege het beperkte aantal metingen en omdat de speekseltesten niet aselect zijn afgenomen bij bestuurders. Het vaststellen van de prevalentie en valide prevalentieonderzoek door het uitvoeren van speekseltesten bij bestuurders was dan ook niet het doel van deze pilot.

Conclusies
Het aandeel overtreders stijgt in 2019 naar 2,3 procent. De jaren daarvoor was dit 1,7 procent. Door de jaren heen verschuift het aandeel overtreders van de landelijke gebieden naar meer stedelijke gebieden. Mannen zijn vaker in overtreding dan vrouwen, maar de verschillen worden kleiner. Mannen van middelbare leeftijd zijn het vaakst in overtreding, onder de vrouwen is dit de leeftijdscategorie tussen de 25 en 34 jaar.

Datum rapport
1 februari 2021
Uitgever
Ministerie van Infrastructuur & Waterstaat, Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving (RWS, WVL), I&O Research