Nautische beoordeling varianten tweede sluis Lith

Ter vermindering van de wachttijden voor het scheepvaartverkeer op de Maas wordt een tweede sluiskolk bij Lith gebouwd. In eerdere studies van Rijkswaterstaat Dienst Verkeerskunde zijn de hoofdafmetingen van de sluis en de benodigde lengtes van de remmingwerken in de voorhavens bepaald. Op basis hiervan zijn 3 varianten ontworpen, namelijk een noordvariant, een middenvariant en een zuidvariant. In deze notitie worden deze varianten vanuit nautisch oogpunt beoordeeld. Hoofdstuk 3 bekijkt de huidige stroomsituatie bovenstrooms en benedenstrooms van de stuw bij Lith. In h.4 wordt aangegeven, dat bij de nautische beoordeling wordt uitgegaan van een tweebaksduweenheid met afmetingen van 185 x 11,40 m als maatgevend schip. H.5 bespreekt de te stellen eisen aan de voorhavens a.h.v. de CVB-richtlijnen voor sluizen (monding, vije ruimte om het afmeren voor te bereiden, wachtruimte, opstelruimte, manoeuvreerruimte, overzichtelijkheid, scheiding beroepsvaart en recreatievaart ; betreffende de veerverbinding voor het wegverkeer ter plaatse wordt voorgesteld de kabelpont te vervangen door een vrijvarend veer). H.6 toetst de varianten aan de in h.5 gestelde eisen. In een bijlage wordt de nul-variant (geen extra sluiskolk, maar extra remmingwerken) beoordeeld.

Datum rapport
1 januari 1992
Auteur
R.J. Dijkstra; [Ministerie van Verkeer en Waterstaat] Rijkswaterstaat, Dienst Verkeerskunde, Hoofdafdeling Scheepvaart
Uitgever
Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Dienst Verkeerskunde (RWS, DVK).
Annotatie
33 p.
fig.
Notitie S91.229.05.3. - Met lit. opg.
Documentnummer
74388